Trek naar Tunesië
In de slagschaduw van de historische gebeurtenis met vlucht MH17 werkt een land in Noord-Afrika grotendeels in stilte aan zijn eigen luchtvaartgeschiedenis. De autoriteiten in Tunesië en de Europese Unie zijn elkaar inmiddels zo ver genaderd, dat wellicht vanaf 2016 sprake kan zijn van volledige liberalisering van het Tunesische luchtruim.
Met het ondertekenen van een dergelijk verdrag, voor zogeheten open skies, zet Tunesië een grote stap richting een nieuwe toeristische orde. Meer luchtvaartmaatschappijen, meer zakenreizigers en toeristen = meer economische groei; zo is de algemeen heersende gedachte. Dit positivisme is grotendeels gebaseerd op ervaringen in Marokko, dat al sinds 2006 een luchtvaartverdrag met de EU heeft en sindsdien jaarlijks mooie toeristische cijfers mag optekenen.
Verjaardagscadeau
De gladjes verlopende besprekingen met de EU zijn ook een mooi verjaardagscadeau voor de Fédération Tunisienne des Agences de Voyages et de Tourisme (FTAV), de federatie van nationale touroperators. De club van de charismatische voorzitter Mohamed Ali Toumi bestaat in 2014 precies 50 jaar en wat is er dan mooier om aan de vooravond te staan van een historische omwenteling.
Het verjaardagsfeestje in hotel Ramada Plaza in de hoofdstad Tunis, waarvoor Puur op reis namens Nederland was geïnviteerd, verliep dan ook in een aangename sfeer. De honderden genodigden kregen vooral mee dat het nieuwe verdrag volop kansen biedt voor de toeristische sector; slechts zo nu en dan kwamen – om het zo maar eens te zeggen over deze zonzekere vakantiebestemming in het noorden van Afrika - donkere wolken voorbij.
Nu heeft Tunesië sinds kort wel een jonge, dynamische minister van Toerisme, in de persoon van Amel Karboul (foto). De vrouw met een ingenieursdiploma en een achtergrond in de consultancy wenst gelukkig naar zowel de korte als de langere termijn te kijken. Natuurlijk, de toeristenstroom naar haar land moet omhoog, zo snel mogelijk, maar dat lukt niet zonder een nieuwe strategie. “Vandaag kopen de mensen een hotel, een strand en zon – maar dat kunnen ze overal in de wereld vinden. Ik wil dat ze in de toekomst Tunesië kopen. Dit land moet een herkenbaar merk worden met een kwalitatief goede, inhoudelijk sterke invulling.”
Cultureel toerisme
Ook thema’s als ecotoerisme, boetiekhotels en – met name - cultureel toerisme worden vandaag de dag nog onvoldoende gelinkt met Tunesië, liet de minister al eerder weten. “We zijn er nog niet in geslaagd om onze culturele erfenis voldoende in de schijnwerpers te zetten. Een voorbeeld? Het Romeinse amfitheater in El Djem is het derde grootste amfitheater ter wereld, na het Colosseum van Rome en het amfitheater van Capua. Als we op die locatie mogelijkheden voor klank- en lichtspel aanbrengen, kan El Djem worden gebruikt voor grote, internationale evenementen.”
Om een en ander te bereiken, moeten nog bergen werk worden verzet, zo bleek ook tijdens de Ramada-meeting. Netheid, afvalverwerking, service; het moet in Tunesië allemaal beter. Als we binnenkort weer eens teruggaan, zullen we checken of de nieuwe aanpak werkt, althans voor wat betreft de korte termijn. Nu moesten we opnieuw nog een klein half uur wachten op de luchthaven Tunis Carthago, alvorens een douanier ruimte vond om ons door te laten.