De rechtbank in Den Haag buigt zich dinsdag 28 januari over de problematiek rond naaktrecreatie in de Delftse Hout. In de zomer van 2013 zijn in het bekende recreatiegebied van Delft in totaal 43 bekeuringen uitgeschreven aan naaktrecreanten. Twintig personen weigeren die bekeuring te betalen, omdat ze naar eigen zeggen onterecht op de bon zijn geslingerd. Belangenorganisatie Naturisten Federatie Nederland (NFN) steunt hen in het protest.

 

 

De gemeente Delft besloot in 2013 naaktrecreatie in de Delftse Hout niet langer toe te staan en naaktrecreanten te bekeuren. De maatregel was een poging om overlast (vooral in de avonduren) in het recreatiegebied terug te dringen. De dagelijkse controles op het naaktstrand leidden tot grote onrust, verontwaardiging en irritatie onder de bezoekers. Het gevolg was dat veel recreanten weg bleven of zich zo geïntimideerd voelden dat ze toch kleding aantrokken. Een grote groep recreanten weigerde zich echter neer te leggen bij het besluit van de gemeente en liet zich bekeuren. Over deze bekeuringen moet de rechter op 28 januari een uitspraak doen.

De NFN is van oordeel dat iemand volgens de wet (artikel 430a WvS) naakt mag recreëren op plekken die daarvoor zijn aangewezen of daarvoor geschikt zijn. Als een locatie niet officieel is aangewezen, kan iedereen dus zelf beoordelen of een locatie geschikt is voor naaktrecreatie. Omdat er mensen al 30 jaar bloot liggen in de Delftse Hout begrijpen de bezoekers van het naaktstrand en de NFN niet waarom deze plek ineens niet meer geschikt zou zijn voor naaktrecreatie.

De rechterlijke uitspraak van dinsdag 28 januari raakt volgens de NFN de kern van de Wet naaktrecreatie. Want het vonnis van de rechtbank vormt jurisprudentie voor eventuele toekomstige gevallen waarin een gemeente een naaktstrand wil opheffen om problemen tegen te gaan die niets te maken hebben met zonnende naaktrecreanten.