Ministerie kan doorgaan met plannen Lelystad Airport
De plannen van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat om in 2020 het nieuwe Lelystad Airport te openen, kunnen doorgaan. De Commissie MER oordeelt dat het rapport waarin de geluidsimpact is berekend aan alle eisen voldoet, schrijft de NOS. Wel constateert de commissie dat het langdurig laagvliegen een 'punt van aandacht' is. De Commissie MER is een onafhankelijke organisatie die met behulp van deskundigen uit wetenschap en bedrijfsleven adviseert over de inhoud van milieueffectrapporten (MER's).
Volgens de commissie kloppen de berekeningen in het rapport, en zorgen de laatste aanpassingen die het ministerie heeft doorgevoerd ervoor dat de hinder afneemt: ,,Per saldo neemt het aantal woningen en ernstig gehinderde en slaap-verstoorde personen binnen alle contouren af." De commissie oordeelt dus positief, maar plaatst daarbij een belangrijke kanttekening. In de praktijk kunnen de pieken in de geluidsoverlast hoger zijn dan berekend. Dat komt, aldus de NOS, 'doordat de piekniveaus niet alleen afhangen van het moment waarop vliegtuigen doorklimmen naar kruishoogte, maar bijvoorbeeld ook van het vliegtuig-type en de feitelijke, momentane stuwkracht tijdens de verschillende vluchtfasen'.
Luchtruim opnieuw indelen
Maar dat is niet het enige. Volgens de commissie zit er nog een adder onder het gras: ,,Zolang er geen definitief besluit is over de herindeling van het luchtruim, kan de situatie ontstaan dat het MER niet de effecten beschrijft van het uiteindelijke, feitelijke gebruik van de luchthaven." Alle berekeningen gaan namelijk uit van het huidige luchtruim. Maar dat wordt in 2023 opnieuw ingedeeld, om ervoor te zorgen dat Lelystad kan doorgroeien van 10.000 naar 45.000 vluchten. Omdat het milieueffectrapport daar niet naar heeft gekeken, is dan mogelijk een nieuwe rapport nodig, stelt de commissie.
De commissie adviseert verder om bewoners een rol te geven bij het monitoren van de geluidsoverlast: ,,De overheid zou bewoners moeten uitnodigen om mee te denken over het betrouwbaar meten en berekenen van dat wat zij het meest zinvol achten", schrijft de NOS.