Ontdekkingen op de Balkan - Monumenten van Servië en Kroatië
Artikelindex
Monumenten van Servië en Kroatië
Na een vrije ochtendwandeling langs de Nišava pakken we onze spullen bijeen om naar een andere rivier in Servië te trekken, de Sava. Niet voor Belgrado, maar voor Sremska Mitrovica, iets ten noordwesten van de hoofdstad. De kleine 40.000 inwoners gaan prat op het feit dat ze in het voormalige Sirmium wonen, een belangrijk Romeins bestuurscentrum en de residentie van keizers als Marcus Aurelius, Maximinus, Claudius II en Galerius. Die kwamen er graag, want Sirmium was een luxeoord, met een groot centraal plein, brede straten, een hippodroom, aquaducten, openbare badgelegenheden en paleizen, rijk gedecoreerd met mozaïeken.
Een klein deel ervan kunnen we zien in het hart van de stad, heerlijk overdekt. De hal staat er sinds 2009, op initiatief van lokale en nationale overheden. De moderne voorziening is feitelijk bar-restaurant, galerie en bescherming van erfgoed ineen; een combinatie die volgens de gids niet iedereen in Sremska Mitrovica even gelukkig vindt. Volgens haar is het echter de enige manier om een en ander bereikbaar te maken en betaalbaar te houden. Los van de emoties: vanaf de balustrade kun je in één blik twintig eeuwen vangen, waar vind je dat nog?
Oorlogstoerisme in Vukovar
Over wrang gesproken: een deel van de toeristen die deze regio in Kroatië aandoen, komt speciaal om ‘iets van de oorlog’ te zien. De gids spreekt onversneden van war tourism. Wat de gasten dan bijvoorbeeld doen? De route lopen naar het ziekenhuis of de begraafplaats; hetzelfde traject dat enkele decennia geleden ook veel burgers van Vukovar moesten afleggen, kort voordat ze werden doodgeschoten…
Maar nooit is de oorlog ver weg, dus ook niet bij Principovac. Langs de toegangsweg ligt onder een boom het eenvoudige gedenkteken van Predrag Jurčec, die op 9 juli 1991 op deze heuvel dodelijk werd getroffen door vijandig vuur. De Kroaat, het eerste slachtoffer uit Medjimurje County, was amper 20. Tijdens de gemoedelijke stadswandeling in Zagreb, een paar uur later, spookt de naam Predrag Jurčec nog steeds door m’n hoofd. Een zoektochtje op internet biedt enige helderheid. Het beeld ontstaat van een opgeschoten tiener, die in een verre uithoek van zijn vaderland ineens op de uitkijk moet gaan staan om vijandelijke gedragingen waar te nemen. En die daad met de dood bekoopt. Gelukkig zijn er nog veel mensen die om hem geven, getuige de recente schoonmaakactie van zijn gedenksteen. Maar pas in Pula, aan het eind van de dag, keert de rust in het hoofd echt terug.
Pula's pronkstuk
Het zuidelijkste punt van Istrië is tegelijkertijd voor mij ook het toppunt van de reis, althans wat betreft de Romeinen. Dwalend door Pula, met haar 3000 jaar geschiedenis, vind je bijvoorbeeld nog tal van bouwwerken uit de Romeinse tijd, in alle soorten en maten. Poorten, pleinen, bogen, een halfrond theater en… het amfitheater. Alleen al voor deze arena zou je naar Kroatië trekken, en dat doen jaarlijks dan ook vele honderdduizenden toeristen. Qua grootte zijn alleen de amfitheaters van Rome, Capua, Algiers, Arles en Verona groter. De tribunes in Pula bieden plaats aan zo’n 23.000 mensen, die er in de Romeinse tijd vaak tochten van vele dagen voor over hadden om gladiatoren en wilde dieren aan het werk te zien. Dergelijk vermaak werd in het jaar 404 verboden, waardoor Pula ineens een heel groot marktplein rijker was. Vandaag de dag is de arena vooral het podium van binnen- en buitenlandse zangers en zangeressen plus opera- en filmsterren.
Gladiatoren en wilde dieren
Eenmaal binnen word je welhaast betoverd door de bouwkunst uit de 1ste eeuw na Christus. Een paar feiten, genoemd door de gids: een ovaal gebouw van 132,45 bij 105,10 meter, met daarbinnen een arena van 67,95 bij 41,65 meter. De buitenste ring van kalksteen kent drie verdiepingen: de onderste twee bestaan uit 72 arcaden, de bovenste ring telt 64 rechthoekige openingen. Er zijn vijftien toegangspoorten en onder de vloer van de arena zijn tunnels, die gladiatoren en leeuwen gebruikten om de arena binnen te komen.
We klimmen omhoog, in het kielzog van de inspirerende gids, die ons met haar verhaal bijna terug weet te brengen in de tijd. Waarom bijvoorbeeld de traptreden zo verdraaid hoog zijn, soms wel veertig centimeter? Simpel: op die manier wisten de Romeinen te voorkomen dat de duizenden bezoekers, vaak opgewonden maar vermoeid, op zoek naar de beste plekken een zodanige run zouden veroorzaken dat menigeen onder de voet zou worden gelopen… Eenmaal boven staren we naar beneden, naar de werkzaamheden om het podium van het evenement van vandaag af te breken.
Want we treffen het: voor het eerst in de geschiedenis van het amfitheater is er deze dag, onder grote belangstelling van de religieuze wereld, iemand zalig verklaard. Die eer is weggelegd voor dienaar Gods Blaženi Miroslav Bulešić, die in 1947 op 27-jarige leeftijd door communisten in Lanišće werd vermoord.
Met zijn besluit in 2012 zorgt Paus Benedictus XVI, zonder dat natuurlijk te weten, in 2013 voor een gedenkwaardig einde aan onze trektocht over de Balkan, die zonder twijfel Europa's 30ste culturele route zal opleveren.